Familia ante omnia

Print Bookmark

Notes


Matches 1 to 50 of 536

      1 2 3 4 5 ... 11» Next»

 #   Notes   Linked to 
1 (als helft van een tweeling)  TOLHUIJS, Engebrecht (Ingebrecht, Embregt) Joriszn. (I3670)
 
2 "Cornelis Kloosterman, geboren en woonachtig te Kloetinge, van beroep arbeider, niet gehuwd, godsdienst Gereformeerd, wordt ingaande 7 november 1847 (hij is dan 16 jaar oud) door de Arrondissementsrechtbank te Goes veroordeeld tot een "correctinele gevangenisstraf van vierentwintig uren" wegens "diefstal" KLOOSTERMAN, Cornelis (I2137)
 
3 (Bron: Riiksarchief. Middelburg) Elisabeth Jansdochter Beenhakker, gedoopt te Yerseke op 26 mei 1737 (als Lisabeth), Dochter van Jan Adriaans (afkomstig van Vlake), uit zijn vierde huwelijk met Adriana Jansdochter (afkomstig van Hoedekenskerke. Zij trouwt te Heinkenszand op 25 october 1758 met Jan Jacobszoon. Kloosterman, weduwnaar van Bastiaantje Legierse Vroonland. De ondertrouw was op 7 october 1758 te Biezelinge. Daarbij is vermeld dat zij woonde te Driewegen, met Attestatie van Schore. Daaruit blijkt dat zij maar tijdelijk in Driewegen woonde, misschien als dienstbode. Enkele malen treden Jan Jacobszn. Kloosterman en Elisabeth Jansdr. Beenhakker op als doopgetuigen, bij de doop van de kinderen van Pieter Sinke en Pieternella Beenhakker, (haar zuster) te Wemeldinge. Een andere Pieternella Jansdr. Beenhakker, een achternicht van Elisabeth was getrouwd met Hubrecht Vroonland. BEENHAKKER, Elisabeth Jansd. (I1786)
 
4 * Impost Pro Deo

- De Impost was een belasting, een soort leges bij huwelijk en begrafenis en bestond uit vijf klassen. Klasse 1, de hoogste, was 30 gulden, klasse 2 was 15 gulden, klasse 3 was 6 gulden, in klasse 4 betaalde men 3 gulden en de laagste klasse 5 was gratis ofwel pro deo. 
TOLHUIJS, Engebrecht (Ingebrecht, Embregt) Joriszn. (I3670)
 
5 - Ariaentgen Aelbrechtsdr was eerder gehuwd met. Cornelis Bastiaensz. Zantwech (Santwech), schepen van Charlois, begr. ald. 1-3-1646.  AELBRECHTSDR., Ariaentgen (I4105)
 
6 - Beroep; journalier, cultivateur, herbergier, boereknecht en arbeider.

- Adjunct burgemeester in 's-Heer Hendrikskinderen, 1812, 1813 (archief:Prefectuur inv.nrs 40 en 41).

- Nicolaas Kloosterman is met zijn gezin in 1820 in 's Heer Arendskerke ingschreven. Op 2-2-1826 worden ze uitgeschreven naar Wiskerke (Zuid-Beveland). Geertruid Hector is dan hoogzwanger van Pieter die op 10-2-1826 geboren wordt.

- In 1823 is er een publieke veiing in de herberg "de Hoop" van Nicolaas Kloosterman van het pand met huisnummer 7 in 's-Heer Arendskerke (huidig adres = Oude Rijksweg 94 / 96).

Herberg "De Hoop", was gelegen in 's Heer Arendskerke op de hoek van de Oude Rijksweg en de Vermetstraat (Bron: Not.Arch. J. Prümers / Inv.Nr. 1718 / Acte 887 / GA Borss: 29-01-1823.)

- Catharina van der Griek (volgens het bevolkingsregister van 1826, geboren op 21-9-1806 te Ellewoutsdijk) was in 1826 dienstmeid in de Herberg "de Hoop" van Nicolaas Kloosterman.

- 1823 / A 7 Not.Arch. J. Prümers / Inv.Nr. 1718 / Acte 887 / GA Borss: 29-01-1823. Publieke veiling van een woonhuis. Plaats van verkoop: de herberg genaamd "de Hoop", bewoond wordende door Klaas Kloosterman, in de gemeente 's Heer Arendskerke. Verkopers: Cornelis Hendrikse van Strien, landman, wonende te Wolfaartsdijk, Hendrik Hendrikse van Strien, landman, wonende te Wolfaartsdijk, Adriaan van Strien, molenaar, wonende te Baarland, in qualiteit als eenige nagelate kinderen van wijlen Elisabeth van Dijke, weduwe van Hendrik Hendrikse van Strien, gewoond hebbende en overleden te 's Heer Arendskerke. Object 1: zie 1823 / A 14. Sraskerke

- Object 2: een woonhuis, schuur en erve, zijnde een herberg, genaamd "de Hoop", gelegen op den dorpe van 's Heer Arendskerke, op den hoek van de Lange Straat, bekend onder letter A numero 7. Belendende ten Oosten en ten Zuiden: Jacobus Schouwenaar, ten Westen: de Straat en ten Noorden: de Dijk. Koper object 2: niet geboden, dus onverkocht gebleven.

- 1826 / A 8 Bevolkingsregister 's Heer Arendskerke 1826.

Bewoners: Nicolaas Kloosterman, Geertruid Hector, Catharina van der Griek, Jan Kloosterman, Elisabeth Kloosterman, Clazina Kloosterman en Neeltje Kloosterman.

- 1827 / A 8 Not.Arch. E.P. Lenshoek / Inv.Nr. 1534 / Acte 763 / GA Goes: 02-10-1827. Koopcontract van een huis.

Verkopers: Cornelis van Strien en Hendrik van Strien, beiden landlieden, wonende te Wolfaartsdijk, en Adriaan van Strien, arbeider, wonende te Baarland, in kwaliteit als kinderen en eenige nagelaten erfgenamen van Elisabeth van Dijke, gewoond hebbende en overleden te 's Heer Arendskerke.

Koper: Jacobus Minnaard, herbergier, wonende te 's Heer Arendskerke. Object: een woonhuis, schuur en erve, zijnde een herberg, staande en gelegen op den dorpe van 's Heer Arendskerke, bekend onder letter A numero 8. Belendende ten Oosten en ten Zuiden: Jacobus Schouwenaar, West: de Straat en Noord: de Dijk. Koopsom: 1800 gulden. 
KLOOSTERMAN, Nicolaas (I503)
 
7 - De huwelijksdatum is de datum van het 3e gebod.

* Men spreekt ook van een gebod inzake openbare bekendmakingen en aankondigingen van een wettelijk of kerkelijk huwelijk. Men spreekt hierbij ook over : het eerste, tweede, derde gebod (roep), en onder de geboden staan, wat staat voor ondertrouw. Bij het stuiten van een voltrekking (sluiten) van het huwelijk, spreekt men over het stuiten van de geboden. 
Family: Cornelis Cornelisz. BARENDRECHT (BARENDREGT) / Cijtgen (Sijtgen) JACOBSDOCHTER. (F1260)
 
8 - Geboortejaar niet precies bekend; tussen 1809 en 1810

- Year of birth not exactly known; between 1809 and 1810  
VETTE, Gommert (I1307)
 
9 - John Kloosterman, 74, of Zeeland, died Thursday, April 11, 2002, in Holland Community Hospital. He was a member of First Christian Reformed Church and a veteran of the U.S. Army, serving in the Korean War.

- He was preceded in death by a son, Jack, in 1987. Surviving are his wife, Elaine; children, Rosanne Owen of Holland, Lila and Jack De Wilde of West Olive, Paul and Jill Kloosterman of Borculo, and Michael Kloosterman of Holland; eight grandchildren; one great-grandchild; brothers and sisters, Rose and Bill Dys of Bauer, Edward and Ella Kloosterman of Borculo, Net and Ted Reuschel of Zeeland, Marie and Bud Caauwe of Holland, Les and Marge Kloosterman of Borculo, Willard and Arlene Kloosterman of Holland, Mrs. Frank (Jean) Westfield of Borculo, Esther and Les Weenum, and Elmer and Dorene Kloosterman, all of Zeeland; in-laws, Joan and Arn Zuverink, Gord and Joan Zwagerman, Marv and Elaine Zwagerman, all of Zeeland, and Mrs. Dave (Jean) Buist, and Don and Phyllis Zwagerman, all of Holland; nieces and nephews 
KLOOSTERMAN, John (I260)
 
10 - Jozina had geen kinderen DE SMIT, Jozina Leuntje (I2988)
 
11 - Jozina had no children DE SMIT, Jozina Leuntje (I2988)
 
12 - Ondertrouw op 15-04-1735 in Dubbeldam.

- Ze trouwde als Beatrix Embregtsen Tol 
Family: Cornelis SCHENK / Beatrix Ingebregtsdr. TOLHUIJS (TOL) (F1256)
 
13 - Pietr Bothof was werkzaam als tuinman.

- Pieter is een zoon van Pieter sr. en Pieternella Smit(s), die op 60-jarige leeftijd is overl. op 26-1-1827 in Dordrecht zonder vermelding van ouders.

- Pieter heeft broers Klaas, Filip en Gerrt Jan en een zus Jacoba. 
KLOOSTERMAN, Agatha Elizabeth (I3482)
 
14 - Willem Barendregt liet geen kinderen AELBRECHTSDR., Ariaentgen (I4105)
 
15 - Willem liet geen kinderen na. BARENDRECHT (BARENDREGT), Willem Cornelisz. (I4104)
 
16 - Willem woonde te Charlois, kerkmeester (1659- 1 662), schepen ( 1663- 1664, 1670-1672, 1682- 1684) van Charlois. BARENDRECHT (BARENDREGT), Willem Cornelisz. (I4104)
 
17 1830, Schutter, tamboer bij de Zeeuwse Mobiele Schutterij



Bron: Archief Zeeuwse Mobiele Schutterij 1830-1839

Inventaris- en subnr:

inv.nr 87, 88, 89 sub. 38, 81, inv.nr 90, 91, 92, 93, 94, 95, 96, 97, inv.nr alle sub. 32



De Zeeuwse Mobiele Schutterij (ZMS) was een afdeling van de gewone schutterij die speciaal was opgericht om het leger tijdens onlusten bij te staan en kon in geval van oorlog worden gemobiliseerd om als landstorm dienst te doen. De enige keer dat dit heeft plaatsgevonden was tijdens de Belgische Opstand van 1830-1839. De Zeeuwse schutterij werd toen in Noord-Brabant gelegerd. Bij de wet van 1827 werden in het hele land schutterijen opgericht.

Er waren twee soorten schutterijen : “in dienstdoende” schutterijen (in gemeenten met meer dan 2500 inwoners) en “rustende” schutterijen (in gemeenten met minder dan 2500 inwoners). Alle mannelijke ingezetenen van het Rijk tussen 25 en 34 jaar werden verplicht de dienst als schutter uit te oefenen, voor zover zij daarvan niet bij de wet vrijgesteld werden.

De grootte van de schutterijen bedroeg twee man van iedere honderd zielen in elke gemeente. De werkelijke diensttijd was vijf jaar, daarna behoorden de manschappen tot de reserve. Er werden keurcompagnieën gevormd, bestaande uit ongehuwden en gehuwden zonder kinderen. Deze keur-compagnieën zouden de eerste ban van de landstorm uitmaken, die in geval van oorlog dienden tot verdediging van het vaderland.

In artikel 78 werd bepaald, dat tegen de aanvallen van de vijand in de eerste plaats zouden worden opgeroepen : de vrijwilligers, ongehuwden en, bij dringend gevaar, de verdere leden van deze eerste ban. Vanwege de Belgische Opstand werd op grond van dit artikel 78 op de 4e oktober 1830 een deel van de dienstdoende schutterij, namelijk de eerste ban, mobiel verklaard. In westelijk Zeeuws-Vlaanderen werd voornamelijk in 1830 en 1831 strijd gevoerd tussen het Nederlandse leger en de Belgische aanvallers.

Een belangrijke rol was weggelegd voor het fort Frederik Hendrik in Breskens, waar drie- tot vierhonderd militairen waren gelegerd. De Schoondijkse notaris Abraham de Smidt beleefde de gebeurtenissen van dichtbij en schreef er naderhand een verslag over. Daarin beschrijft hij onder andere de bezetting van IJzendijke en de strijd om Aardenburg. Voor de Belgen had hij geen goed woord over : “het ondankbaarste volk der aarde” en “een verbasterd menschenras, wuft, wispelturig, slaafsch”. Koning Willem I slaagde er niet in om de Belgische opstand te onderdrukken.

Een laatste poging van Willem I tot militair ingrijpen, de Tiendaagse Veldtocht, leidde ook niet tot hereniging. Op 19 april 1839 erkende Nederland officieel zijn zuiderbuur. Op 4 augustus 1839 werden de korpsen van de Zeeuwse Mobiele Schutterij weer ontbonden.



 
KLOOSTERMAN, Jan (I102)
 
18 1834 Kastelein op de hofstede van den heer Dirk Hendrik van de Kamer te Middelbrug. 1861 beroep: landbouwer 1866 beroep: landman 1869 beroep: landman 1870 beroep: landbouwer BOSSELAAR, Pieter (I2514)
 
19 1837, Schutter bij de Zeeuwse Mobiele Schutterij

Bron: Archief Zeeuwse Mobiele Schutterij 1830-1839

Inventaris- en subnr:

inv.nr 164 sub. 217, inv.nr 165 sub. 193, inv.nr 166 sub. 176



De Zeeuwse Mobiele Schutterij (ZMS) was een afdeling van de gewone schutterij die speciaal was opgericht om het leger tijdens onlusten bij te staan en kon in geval van oorlog worden gemobiliseerd om als landstorm dienst te doen. De enige keer dat dit heeft plaatsgevonden was tijdens de Belgische Opstand van 1830-1839. De Zeeuwse schutterij werd toen in Noord-Brabant gelegerd. Bij de wet van 1827 werden in het hele land schutterijen opgericht.

Er waren twee soorten schutterijen : “in dienstdoende” schutterijen (in gemeenten met meer dan 2500 inwoners) en “rustende” schutterijen (in gemeenten met minder dan 2500 inwoners). Alle mannelijke ingezetenen van het Rijk tussen 25 en 34 jaar werden verplicht de dienst als schutter uit te oefenen, voor zover zij daarvan niet bij de wet vrijgesteld werden.

De grootte van de schutterijen bedroeg twee man van iedere honderd zielen in elke gemeente. De werkelijke diensttijd was vijf jaar, daarna behoorden de manschappen tot de reserve. Er werden keurcompagnieën gevormd, bestaande uit ongehuwden en gehuwden zonder kinderen. Deze keur-compagnieën zouden de eerste ban van de landstorm uitmaken, die in geval van oorlog dienden tot verdediging van het vaderland.

In artikel 78 werd bepaald, dat tegen de aanvallen van de vijand in de eerste plaats zouden worden opgeroepen : de vrijwilligers, ongehuwden en, bij dringend gevaar, de verdere leden van deze eerste ban. Vanwege de Belgische Opstand werd op grond van dit artikel 78 op de 4e oktober 1830 een deel van de dienstdoende schutterij, namelijk de eerste ban, mobiel verklaard. In westelijk Zeeuws-Vlaanderen werd voornamelijk in 1830 en 1831 strijd gevoerd tussen het Nederlandse leger en de Belgische aanvallers.

Een belangrijke rol was weggelegd voor het fort Frederik Hendrik in Breskens, waar drie- tot vierhonderd militairen waren gelegerd. De Schoondijkse notaris Abraham de Smidt beleefde de gebeurtenissen van dichtbij en schreef er naderhand een verslag over. Daarin beschrijft hij onder andere de bezetting van IJzendijke en de strijd om Aardenburg. Voor de Belgen had hij geen goed woord over : “het ondankbaarste volk der aarde” en “een verbasterd menschenras, wuft, wispelturig, slaafsch”. Koning Willem I slaagde er niet in om de Belgische opstand te onderdrukken.

Een laatste poging van Willem I tot militair ingrijpen, de Tiendaagse Veldtocht, leidde ook niet tot hereniging. Op 19 april 1839 erkende Nederland officieel zijn zuiderbuur. Op 4 augustus 1839 werden de korpsen van de Zeeuwse Mobiele Schutterij weer ontbonden.

 
KLOOSTERMAN, Gerard (I2335)
 
20 1838, Schutter bij de Zeeuwse Mobiele Schutterij

Bron: Archief Zeeuwse Mobiele Schutterij 1830-1839

Inventaris- en subnr:

inv.nr 132 sub. 218, inv.nr 133 sub. 201



De Zeeuwse Mobiele Schutterij (ZMS) was een afdeling van de gewone schutterij die speciaal was opgericht om het leger tijdens onlusten bij te staan en kon in geval van oorlog worden gemobiliseerd om als landstorm dienst te doen. De enige keer dat dit heeft plaatsgevonden was tijdens de Belgische Opstand van 1830-1839. De Zeeuwse schutterij werd toen in Noord-Brabant gelegerd. Bij de wet van 1827 werden in het hele land schutterijen opgericht.

Er waren twee soorten schutterijen : “in dienstdoende” schutterijen (in gemeenten met meer dan 2500 inwoners) en “rustende” schutterijen (in gemeenten met minder dan 2500 inwoners). Alle mannelijke ingezetenen van het Rijk tussen 25 en 34 jaar werden verplicht de dienst als schutter uit te oefenen, voor zover zij daarvan niet bij de wet vrijgesteld werden.

De grootte van de schutterijen bedroeg twee man van iedere honderd zielen in elke gemeente. De werkelijke diensttijd was vijf jaar, daarna behoorden de manschappen tot de reserve. Er werden keurcompagnieën gevormd, bestaande uit ongehuwden en gehuwden zonder kinderen. Deze keur-compagnieën zouden de eerste ban van de landstorm uitmaken, die in geval van oorlog dienden tot verdediging van het vaderland.

In artikel 78 werd bepaald, dat tegen de aanvallen van de vijand in de eerste plaats zouden worden opgeroepen : de vrijwilligers, ongehuwden en, bij dringend gevaar, de verdere leden van deze eerste ban. Vanwege de Belgische Opstand werd op grond van dit artikel 78 op de 4e oktober 1830 een deel van de dienstdoende schutterij, namelijk de eerste ban, mobiel verklaard. In westelijk Zeeuws-Vlaanderen werd voornamelijk in 1830 en 1831 strijd gevoerd tussen het Nederlandse leger en de Belgische aanvallers.

Een belangrijke rol was weggelegd voor het fort Frederik Hendrik in Breskens, waar drie- tot vierhonderd militairen waren gelegerd. De Schoondijkse notaris Abraham de Smidt beleefde de gebeurtenissen van dichtbij en schreef er naderhand een verslag over. Daarin beschrijft hij onder andere de bezetting van IJzendijke en de strijd om Aardenburg. Voor de Belgen had hij geen goed woord over : “het ondankbaarste volk der aarde” en “een verbasterd menschenras, wuft, wispelturig, slaafsch”. Koning Willem I slaagde er niet in om de Belgische opstand te onderdrukken.

Een laatste poging van Willem I tot militair ingrijpen, de Tiendaagse Veldtocht, leidde ook niet tot hereniging. Op 19 april 1839 erkende Nederland officieel zijn zuiderbuur. Op 4 augustus 1839 werden de korpsen van de Zeeuwse Mobiele Schutterij weer ontbonden.



 
KLOOSTERMAN, Jacob (I28)
 
21 1873 beroep: arbeider STURM, Jacob (I2550)
 
22 1902 beroep: dienstbode MEERTENS, Hendrika Johanna (I2539)
 
23 1902 beroep: stoker BOSSELAAR, Pieter (I2516)
 
24 1942 beroep dienstbode BOSSELAAR, Hendrina (I2542)
 
25 Text in Dutch language
In the register of baptisms there is no first name and no witness It could be Joos Cloosterman because it's a name that appears later in Aardenburg. DUTCH: In het doopregister is er geen voornaam bekend. Er staat: de datum, dan "genaemt ?", dan getuigen: geen. Mogelijk zou het ene Joos Cloosterman kunnen zijn, aangezien deze naam later opduikt in Aardenburg Huwelijk met: Goolty (Goolken) Gerrevaert 
CLOOSTERMAN, Joos (I1529)
 
26 Text in English language

Jacob emigrates, 27 June 1892, almost 57 years of age, together with hiswife and 5 children to America on the SS Werkendam. They arrived in New York 15-07-1982

Interesting note:

After the death of Jacob, Prijntje marries the father of Anna de Witte, (husband of Adriaan Kloosterman) born 14-11-1875), Marinus de Witte on 08-06-1911

Text in Dutch language

Op 27 juni 1892 emigreert Jacob Kloosterman bijna 57 jaar oud met zijn echtgenote en vijf kinderen naar Noord-Amerika. Ook een zesde kind Lena Cornelia woonachtig te 's Heer Arendskerke werkzaam als "boeremeid" vertrekt (waarschijnlijk samen met haar ouders) in datzelfde jaar naar Noord-Amerika.

Interessant gegeven:

Na het overlijden van Jacob hertrouwt Prijntje met Marinus de Witte op 08-06-1911, de vader van Anna de Witte (echtgenote van Adriaan Kloosterman, geboren 14-11-1875) 
KLOOSTERMAN, Jacob Cornelisz. (I43)
 
27 Text in English language

On 26-05-1873 Klasina and Cornelis left from Elkerzee for America, together with their 3 in 's Heer Arendskerke born children, Jan born 19-05-1869, Josina born 14-8-1870 and Adriaan born 05-187 on the ship the SS "Maas". They arrived in New York 16-06-1873.

Text in Dutch language

Op 26-05-1873 vertrok Klasina en Cornelis samen met hun 3 te 's Heer Arendskerke geboren kinderen Jan, geboren 19-05-1869, Josina, geboren 14-8-1870 en Adriaan, geboren 01-5-1873, van Elkerzee naar Noord-Amerika Het gezin kwam op 16-06-1873 met de SS 'Maas' in New York aan.  
KLOOSTERMAN, Klasina "Clara" (I296)
 
28 Text in English language

In 1914 Jacobus and Adriana decided that their 40 acre farm was too large and in February sold it to Lan and Case DeJongh for $2,000, moving instead to the smaller 20 acre farm at 8211 New Holland Street.

Their second son, Edward, was married the following year (May 6) to Minnie DeVries and re-purchased as his family homestead this same 40 acre farm his father had just disposed of. 
HAAS, Sharon Elisabeth (I1723)
 
29 Text in English language

In 1914 Jacobus and Adriana decided that their 40 acre farm was too large and in February sold it to Lan and Case DeJongh for $2,000, moving instead to the smaller 20 acre farm at 8211 New Holland Street.

Their second son, Edward, was married the following year (May 6) to Minnie DeVries and re-purchased as his family homestead this same 40 acre farm his father had just disposed of. 
KLOOSTERMAN, Edward (I2237)
 
30 Text in English language
As part of the family Kloosterman was recognized Cornelis Vette. Cornelis Vette was a premarital child of Dina Vette. The marriage act is not clear on the subject of the father. Cornelis was certainly a premarital child, more than 1 year before the marriage date. Certain is that in the marriage act Cornelis is recognized as their child and from then on is known as Cornelis Kloosterman and not any more as Cornelis Vette.
---------------------------------------------------------------------------------
Text in Dutch language
Tot het gezin behoorde ook Cornelis Vette. Cornelis Vette was een voorechtelijke zoon van Dina Vette. Uit de huwelijks acte is het niet helemaal duidelijk of de vader van dit voorechtelijke kind Cornelis Kloosterman was of niet. In de acte wordt Cornelis Vette wel door Cornelis en Dina erkend als hun kind en daarna ook Cornelis Kloosterman genoemd en niet meerCornelis Vette.

Het blijft dus wat onduidelijk, met name ook omdat Cornelis 16-08-1872 geboren is, meer dan een een jaar voor de datum van het huwelijk (17-08-1873). Dina is dus meer dan een jaar een ongehuwde moeder geweest voor ze trouwde. Dit pleit er een beetje tegen, dat het een een kind van hun beiden is. Zeker in die tijd was het zo dat als iemand zwanger werd er heel snel getrouwd werd, om de schande van het gebeuren te voorkomen of te verbergen.

Het blijft gissen ?? Hoe dan ook in de akte wordt Cornelis Vette wel door Cornelis en Dina wel offfciëel erkend als hun kind, maar dit kaneen praktische reden hebben. 
KLOOSTERMAN, Cornelis (I1305)
 
31 Text in English language
Het gezin Leendert Kloosterman woonde aanvankelijk in Wolphaartsdijk. Tussen 1896 en 1899 verhuisde men naar Kruiningen. Een beschreven pagina uit de Statenbijbel van het gezin vermeldt dat men in de Oomshoek woondeen dat ook Johannes Kloosterman, geboren 15-07-1861, de ongehuwde jongste broer van Leendert deel uitmaakte van het gezin. Op 9 april 1906 vertrekt het gehele gezin naar Zevenhuizen (Zuid-Holland) waar men land aankoopt in de tussen Zevenhuizen en Waddinxveen gelegen Zuidplaspolder aan de Breedeweg. De hoeve die men daar bouwde heet Eben-Haezer. 
KLOOSTERMAN, Leendert (I328)
 
32 Text in English languageImmigration (Emigration):
Jan Smallegange emigrated to America in 1849. He left from Rotterdam on the "Louvre" and arrived in New York Harbour 04-05-1849. The Captain of the Barque was Townsend Weeks. The group of "Dutch" arrived at the Holland colony after stopping at Albany then Buffalo, Detroit, Milwaukee, Grand Haven and last at Grandville where they followed the old Indian trail to the "Holland Colony" and arrived there 26-05-1849.

Jan Smallegange was from the beginning part of the emigration movement, our pioneer fathers faced a very human need -- the burial of the dead. There were a few deaths aboard the crossing - vessels, with the necessary tragic burials at sea. Also a few were buried along the Erie Canal as our forefathers traversed this route to Michigan, of necessity and from fear of communicable diseases, and in the sand dunes.(Original work done by Edward Prins).
Smallegange can be found in the book "Descendents of Jan Smallegan(ge)"; by D. Kavalar, compiler. (Herrick District Library; Holland, Michigan)

Jan Smallegange's son Dirk was found in Forest Grove on the Sixtieth Anniversary Hollanders Emigration. It stated he immigrated in 1849.

* Holland Sentinel Newspaper:
Beneath the sands near the mouth of the Kalamazoo River lies the site of Singapore, one of Michigan's most famous ghost towns. Police Guard found old bones In The Dunes.
(One must ask if this may be

Jan Smallegange found Sentinel photos by Brian Forde Above, Allegan County Sheriff Lt. James Ross checks over his supplies Monday as he prepares to spend another night guarding the skeleton found at Saugatuck Dunes State Park. At the right Michigan State Police Sgt. Mike Burrit examines the skeleton believed to be decades old.

* Saugatuck
An archeological team from Western Michigan University is expected today to examine skeletal remains discover this week end in Sagugatuck Dunes State Park, Allegan County Sheriff's deputies said. Michigan State Police investigated excavated the area Monday, but did not remove the old bones pending examination by by scientist, Sharff's Lt. James Ross said. Police believe the remains are decades, possibly centuries old and could be related to the now vanished town of Singapore a once thriving lumber town now buried under the sand Sunday morning. The Skelton in a wooden box, could have been unearthed by shifting sand. (Believed to be from Holland Evening Sentinel date unknown) Sheriff's deputies protect the scene overnight. ED.

* Zeeland City Monument": Located down town Zeeland, on the corner of Central Avenue and Church Street. Section 19 of Zeeland Township, Ottawa County, Michigan. The Church, School and Graveyard were at this site which is now the site of the monument. In 1887, 40 years after the first arrivals in Zeeland, the bodies in the graveyard were removed and the monument erected. (the name Smallegange shows up twice). 1849(Zeeland)

* Smallegange J.Smallegange Jr.
FIRST REFORMED CHURCH EARLY MEMBERSHIP LIST
The Year: about 1852 The following is the early membership list of the First Reformed Church of Zeeland, Michigan, taken from the official records of the church. It also appears in the book "Legends of the Dutch". This list is arranged by families. Ages are indicated by year of birth. This list is not necessarily complete: /Smallegange, Jan 1814/Kloosterman, Jannetje -----------------------

J. Van De Luyster the propriety of the village of Zeeland, bought of the United States government the entire of section nineteen, on which the village is mainly located. He also bought section seventeen, which was settled mainly by his children and peasantry of his farm in the old country, whome he brought with him. Jan Wabeke, father of the late Rev. C. Wabeke, also bought a number of poor families with him. Jan Smallegange did the same in 1849, among which was the family of Wm. Van Loo, whereof the writer was an humble member then ten years old, and who will hold the name of Smallegange in grateful remembrance while memory lasts.

* Jan Dirksz SMALLEGANGE.
June 21, 1840. C. van der Meulen, dominie at Middelharnis, preached in my (J. van de Luyster) barn on Sunday. The weather was fair there were at least 1,000 people. Everything was quiet and edifying. Even the strange horses were peacefully together in the pasture. And the Lord gave witness of His word of truth delivered to the consciences of many people, and especially to His children. In the morning preached on Revelation II: 5; in the afternoon, on the 24th Sunday of the Catechism; evening, I John 3,1; and collected for the poor 68 florins.

Nevertheless articles of arrest were drawn up by Dick Wisse, master smith and burgomaster. On July 21, I my brother deacon Jan Steketee appeared before the judge in Goes. Dominie, I, and Jan Steketee each were fined 100 florins, without our guilt having been proved. Final sentence postponed until August 15, 1840. On September 1840 paid as fine to receiver De Kanter at Goes, florins 306.29 1/2 Charge for stamp 21 Total florins 306.50 1/2

On September 3 received from Jan Steketee, for him, his father, Cornelius Steketee, and his brother Cornelius Steketee Jr. florins 127.00 But for Jannes Karelse 12.50 On September [ ], received from Smallegang«/b»e 25.00 On September 16 received from«b» Leendert Smallegange 26.00 On November 11 from Jannes Karelse 25.00 For me J. van de Luyster 116.00 Total florins 306.00

Besides Vander Luyster, Jan Wabeke and Jan Smallegange some others also brought many a family from the Netherlands, thus rescuing many poor persons from dire need. Jan Smallagange brought at least ten such families with him, and arrived in Zeeland during May 1849. It was not his lot to terry here many years, for he died soon after his arrival, on his return from a trip to Chicago, (about 1852) and was buried at Singapore, in the sand dunes.

No person knows his grave, but He, who knows Moses' grave, knows also where Smallegange lies buried. The waves of fair Lake Michigan sometimes break over his resting place and the murmur of its waters sing a requiem in memory of him. And Also many another of our first pioneer settlers has been buried in forgotten spots in the woods along the roads, some of them without coffins, like soldiers on the field of battle. And why should they not be so buried? Were they not courageous fighters, worriers on sea and on land, contending with a strange language and with strange customs, with hardship of woods and swamps, with adversities of climate and strange illnesses, with poverty and self-denial. (Lucas vii p404)

Jan Smallegange did the same in 1849 whereof the writer (Cornelius van Loo) then ten years old was a humble member and who will hold the name of Smallegange in grateful Remembrance while memory last. (Lucas vi p249) Among the numbers of those who brought from one to three needy families to Zeeland from the Netherlands were Jande Pree, Jan Smallegange, and Gillis Wabeke. (Lucas vi) 
SMALLEGANGE, Jan (I1142)
 
33 Aangifte door de geneesheer in 1872 van een voorechtelijke kind van Dinaopgegeven als Cornelis Vette. VETTE, Dina (I1306)
 
34 Aantekening aangaande geboorte en overlijden in de Statenbijbel (een Pieter Keur Bijbel) uit 1700, in het bezit van Markus N.J.de Regt. Ant(h)onina was gehuwd met Jozias de Regt en bewoonde de Geertruidshoeve, een grote zeeuwse hoeve te Borssee aan de Drieklauwenweg.

Toen ze weduwe werd in 1892 heeft ze daar met haar drie zonen, Markus, Nicolaas en Jan tot 1910 gewoond. Voor die tijd, was het een groot gemengd bedrijf van 47 hectare grond. Gereformeerd als zij kennelijk was werd ze begraven op de begraafplaats van de "Gereformeerde Kerk" te Nieuwdorp.

Uit de verhalen van de grootvader van Markus de Regt pastte haar kist niet in de traditionele lijkwagen, doch moest op het laatste moment een boerenwagen klaar gemaakt worden om de mater familias ten grave te dragen. 
KLOOSTERMAN, Ant(h)onina (I2004)
 
35 Aardig detail, Geertruida is een dochter van Jan Nicolaaszoon Kloosterman (02-02-1815-27-05-1886) en Anna Cornelia Vermande (30-04-1814-18-12-1891) KLOOSTERMAN, Geertruida (I2315)
 
36 Achternaam is Teulade of Marc? TEULADE, Jeannette (I1210)
 
37 Adriaan Kloosterman slaagt op 21 mei 1931 te Batavia (Ned. Indie) voorde "akte van bekwaamheid als onderwijzer" en treedt op 27 juni van datzelfde jaar als onderwijzer "gedurende de 1e twee schooltijden" in dienst van het bestuur der Verenigng "de Paul Krugerschool" te Batavia. Op 6 juli 1936 slaagt hij vervolgens voor "de akte van bekwaamheid als hoofdonderwijzer" eveneens te Batavia. In 1938 trouwt hij met Martina Daniels van Wijckhuyzen te Rotterdam vertrekt met haar opnieuw naar Bataviaen continueert zijn betrekking aan "de Paul Krugerschool". Tijdens de oorlog wordt Adriaan Kloosterman als soldaat der infanterie door de Japanse bezetter geïnterneerd o.a in het krijgsgevangenenkamp te Moulmein in Birma. Na de oorlog hij is dan nog steeds soldaat in het Koninklijk Nederlandsch Indisch Leger wordt hem op 21 augustus 1946 groot verlof verleend "voor zoolang hij bij het Dept. van O & E als hoofdonderwijzer werkzaam is"en afgevoerd uit de sterkte van het Troepencommando Siam te Bangkok. Op21 oktober 1948 wordt hij gedemobiliseerd. Vanaf 1946 tot 9 januari 1958 is Adriaan Kloosterman als schoolhoofd werkzaam op de "Paul Krugerschool" te Djakarta en wordt dan eervol ontslagen"wegens het overcompleet worden als leerkracht". Men verklaart dat menin hem heeft leren kennen "een kundig en ijverig onderwijzer een bekwaamen tactisch schoolleider en een prettige collega" en men waardeert in hem dat hij "als een van de zeer weinigen zich na de capitulatie van Japan direct weer beschikbaar heeft gesteld voor de opbouw van het Nederlands Onderwijs in Indonesië". Na zijn ontslag vertrekt Adriaan Kloosterman naar Nederland. KLOOSTERMAN, Adriaan (I1911)
 
38 Adriaan Kloosterman werkte van 1884 tot 1887 als onderwijzer te Rotterdam en was vanaf 1887 tot 1907 hoofd van de Christelijk School te Dinteloord. Na 1907 werd hij redacteur van een Christelijk schoolblad. Toen menop 15 april 1909 herdacht dt Adriaan Kloosterman 25 jaar geleden zijn werk in dienst van het onderwijs begon schreef men: "Zijn adviezen worden op prijs gesteld; zijn inzicht in onderwijszaken wordt gewaardeerd. Voor alles is de jubilaris een practisch man die geen onderwijsstelsel phantaseert maar die zijn ideeën steeds weer toetst aande rechtmatige eischen van het leven". KLOOSTERMAN, Adriaan (I1901)
 
39 Adriaan Kloosterman, van beroep sergeant-vlieger, kwam om het leven toenzijn straaljager bij een NAVO-oefening boven West-Duitsland verongelukte. KLOOSTERMAN, Adriaan (I1917)
 
40 Adriana emigrated to America: Passenger manifest: Eliis Island Record First Name: Adriana Last Name: Kloosterman Ethnicity: Holland, Dutch Last Place of Residence: Krattendike, Holland Date of Arrival: July 05, 1910 Age at Arrival: 1...y Geder: F Marital Status: S Ship of Travel: Potsdam Port of Departure: Rotterdam Manifest Line Number: 0008 Ship The Postdam: Built by Blohm & Voss Shipbuilders, Hamburg, Germany, 1900. 12,835 grosstons; 571 (bp) feet long; 62 feet wide. Steam triple expansion engines, twin screw. Service speed 15 knots. 2,103 passengers (282 first class,21 second class, 1,800 third class). Built for Holland - America Line, Dutch flag, in 1900 and named Potsdam.Rotterdam-New York service. Sold to Swedish American Line, in 1915 and renamed Stockholm. Gothenburg-New York service. Sold in 1928 and renamed Solglimt. Shetland Islands service. Rebuilt as a whaling mothership. Soldto Norwegian owners, in 1930. Seized by German Navy, in 1941 and renamedSonderburg. Scuttled at Cherbourg in 1944. Salvaged and scrapped in 1947. KLOOSTERMAN, Adriana (I1951)
 
41 Adriana woonde te Heinkenszand (na 1824 te 's-Heer Arendskerke) MINNAARD, Adriana (I2354)
 
42 Adrianus Booij, overleden te Dordrecht den 17den December 1854. BOOIJ, Adrianus (I4114)
 
43 After military service, worked at a beer brewery in Cincinnati, Ohio and later as a guard at a distillery. KLOOSTERMAN, Nicolaas (I504)
 
44 Air Force Capt. Debra Maxwell has been decorated with the Meritorious Service Medal. She is the daughter of Willard and Arlene Kloosterman of Holland. She is stationed at Lajes Field, Portugal. KLOOSTERMAN, Deborah (I2209)
 
45 Antoinette is kinderloos LINDERS, Antoinette Mae (I3852)
 
46 Antonia Kloosterman and Willem Andriesz Steketee were shopkeepers (Willem's occupation is given in Dutch records as "boutiquier" and "winkelier"). KLOOSTERMAN, Antonia (I645)
 
47 Antonia Kloosterman and Willem Andriesz Steketee were shopkeepers (Willem's occupation is given in Dutch records as "boutiquier" and "winkelier"). Willem Andriesz Steketee lived in 1811 in Borssele, Zeeland, the Netherlands STEKETEE, Willem Andriesz. (I1175)
 
48 Begraafplaats. Kitskinderscheweg 1, 4421 PJ Kapelle VAN DALEN, Pieter (I1583)
 
49 Begraven op 04-03-1986 te Biezelinge, vanuit de Nederlands Hervormde Kerk op de algemene begraafplaats. KLOOSTERMAN, Jannetje (I180)
 
50 Beroep: 1811 landarbeider
1813-1820 landman 
VETTE, Adriaan (I2695)
 

      1 2 3 4 5 ... 11» Next»

Go to Top